De
blokhut is meer dan anderhalve meter boven de grond gebouwd, om water en
ongedierte geen kans te geven. Wij slapen dan ook met een gerust hart met deur
en ramen wagenwijd open.
Vannacht
werd ik echter wakker door, zo meende ik, een geluid op de veranda. Nu neem ik
eigenlijk altijd aan dat als een groter dier besluit de trap op te komen, hij
op de veranda rechtsaf zal slaan naar de keuken, waar immers de lekkere hapjes
te vinden zijn, en dat wij die in de meest linkse kamer slapen, toch als
laatste aan de beurt komen. Ik besluit te gaan kijken, slechts gewapend met een
hoofdlampje. Ik slaap alleen in een string, dus misschien dat de aanblik van
mijn bleke verschijning het dier zal afschrikken? Voorzichtig loer ik toch
eerst even om de hoek en schijn het aardedonker in, maar er is niets te zien.
Ik loop een stukje in de richting van de keuken maar daar is niets te horen. Grinnikend
ga ik terug naar mijn kamer. Zo kun je jezelf goed voor de gek houden.
Maar dan,
als ik de kamer binnenloop, dringt een geur mijn neusgaten binnen. Een
doordringende en dierlijke geur, die hier niet thuishoort. Ik schijn de kamer
rond, op zoek naar de oorzaak. Ik zie niets bijzonders. Heel behoedzaam zak ik
door mijn knieën om onder de bedden te kijken. Zou daar een slang liggen, klaar
om toe te slaan? Langzaam adem ik uit, er ligt niets. Ik inspecteer zonder
resultaat de rest van de kamer. Dan kruip ik maar weer tussen de lakens. De
geur blijft nog minutenlang in de kamer hangen en verwaait dan langzaam. Ik val
in een onrustige slaap en droom dat we een olifant in het bos zien. Daar moet
ik om lachen wanneer ik wakker word, want, tenzij het beest onlangs ontsnapt is
uit een rondreizend circus en vanuit een van de ons omringende landen door de
jungle naar Suriname is gewandeld, lijkt het me onwaarschijnlijk dat er hier
een olifant wordt aangetroffen.
Ik doe
navraag of iemand weet van waar de geur
komt, maar aangezien ik deze niet duidelijk kan beschrijven, blijft het een
raadsel. Tot een dag later baas Pinas, een van de bootsmannen, komt vertellen
dat hij in het bos achter onze kamer een tapir heeft gezien. De pootafdrukken
zijn nog vaag zichtbaar onder ons raam.
Dan zat
ik er toch niet ver naast met die olifant.